donderdag 31 januari 2013

Nederland belastingparadijs?

Het denken in Den Haag vorige week over twijfelachtige belastingconstructies en brievenbusfirma's heeft eigenlijk niet veel opgeleverd. Staatssecretaris Weekers wacht een onafhankelijke studie af van het Holland Financial Centre en de Tweede Kamer neemt daar genoegen mee.
Ik berichte in een eerder weblog al over de dubieuze rol van Nederland met zijn brievenbusfirma's die wereldwijd worden gebruikt om om belasting te ontduiken.

Wat het onderzoek van de wetenschappers zal opleveren is natuurlijk afwachten maar inmiddels weten we eigenlijk wel genoeg. In september 2011 begon het Financieele Dagblad de serie Belastingroute Nederland waar wordt ingegaan op de rol van Nederland in internationale fiscale structuren. De Volkskrant heeft onderzoek gedaan en er is het uitgebreide rapport "The Netherlands: A tax haven?" van SOMO 'uit 2006.

Nederland kent meer dan 14 duizend postbusbedrijfjes waar jaarlijks zo'n 8.000 miljard euro doorheen stroomt. De grootste multinationals ter wereld hebben sinds 2005 honderden nieuwe fiscale constructies in Nederland opgezet, zo blijkt uit onderzoek van de Volkskrant.
Google, IBM en ENI sluisden  de meeste bedragen door Nederland.
Van oudsher staat Nederland bekend als veilige haven voor de uitbetaling van dividenden, rentes en royalty's -  de in Nederland onbeladen inkomsten uit intellectueel eigendom, zoals de rechten op muziek, software, intellectueel eigendom en merken.
Volgens Bloomberg ontweek alleen al Google 2 miljard dollar wereldwijd aan belasting door 9.8 miljard dollar via Nederland naar Bermuda te sluizen.
Het belastingpercentage dat Google afdroeg is 3.2 procent op inkomsten buiten Amerika, dit terwijl het merendeel van de omzet buiten Amerika wordt verdiend met een gemiddeld belastingpercentage in die landen van 26 tot 34 procent.
Bloomberg beschrijft hoe Yahoo gebruik maakt van de Nederlandse mogelijkheden. Reindert Dooves heeft in Zaandam een eigen organisatie adviesbureau. Zijn kantoor  aan huis functioneert als het hoofdkantoor van een buitenlandse vestiging van Yahoo. Via een deal met de Nederlandse fiscus betaald Yahoo ongeveer 1.35% belasting over de totale omzet. In 2009 verantwoorde Yahoo 1,28 miljoen euro Nederlandse belastingen over de 101.5 miljoen euro aan royalty's die het via deze vestiging naar de belastingvrije Bermuda's boekte.
Bloomberg geeft ook het voorbeeld van computerfabrikant Dell die via Dell Global BV minder dan 1% belasting afdroeg over een omzet van 2 miljard euro in 2011. Die omzet is overigens bijna 75% van het wereldwijde inkomen van Dell. Dat is knap voor een bedrijfje zonder personeel. 
Ik schreef al eerder dat grote multinationals handig gebruikmaken van fiscale constructies om belasting te ontwijken. Dat Nederland hier een belangrijke rol speelt is duidelijk. Dat alles volgens de regels gaat zoals Weekers stelt is ook juist maar moreel gezien kan dit gedrag niet door de beugel.
Allereerst omdat er in deze economisch moeilijke tijden offers aan burgers wordt gevraagd, terwijl rijke multinationals de dans ontspringen. Ten tweede omdat deze multinationals hierdoor oneerlijke concurrentie bedrijven t.a.v. lokale bedrijven. Zij kunnen immers tegen lagere kosten werken dan de lokale concurrentie door deze fiscale trucjes.

Door de publieke aandacht wordt het belastingbeleid onderdeel van de reputatie van een bedrijf, zoals Starbucks recent merkte in Engeland. Je kunt de mazen van de wet opzoeken maar uiteindelijk loop je het risico daarop door klant te worden afgerekend. Critici redeneren terecht dat bedrijven die belasting ontlopen geld weghalen bij ziekenhuizen, scholen en andere publieke diensten waar al jaren op bezuinigd wordt.

Weekers vindt dat Nederland niet voorop moet gaan lopen in de strijd tegen belastingontwijking. Als Nederland zich strenger zou opstellen dan verhuizen bedrijven naar landen met aantrekkelijker regelingen.
Naar mijn mening is dat juist, maar het zou toch ook lonen het wel te doen, al is het alleen maar om de goede reputatie van ons land niet in de waagschaal te stellen.
Wie wil er nu bekend staan als het Bermuda van de Noordzee?
Wie wil er nu dat president Obama zegt:
"Nearly one-third of all foreign profits reported by U.S. corporations in 2003 came from just three small, low-tax countries: Bermuda, the Netherlands, and Ireland." 
Het is niet voor niets dat de G20, de club van economische zwaargewichten, de belastingmoraal van sommige bedrijven bekritiseerde.  Net als de Europese Commissie, die vorige maand belastingontwijking de oorlog verklaarde. Dat zou de EU elk jaar duizend miljard euro kosten. De commissie riep lidstaten, waaronder Nederland, op zwarte lijsten aan te leggen.
Het is toch in feite absurd dat er gigantische winsten in ons land binnenkomen die niets te maken hebben met de werkelijke economische activiteiten ter plekke in ons land. Wat dat betreft is de naam "brievenbusfirma's perfect gekozen."
Natuurlijk is Nederland een belastingparadijs, dat vraagteken in de titel kan wel weg.

Voor wie meer wil weten zijn de eerder genoemde rapportages het lezen waard, evenals een bezoek aan de website nl.tackletaxhavens.com en de website van de onvermoeibare Richard Murphy, www.taxresearch.org


donderdag 17 januari 2013

Eric Meurice van ASML: de man van 10 miljoen

Topman Eric Meurice van ASML heeft het afgelopen jaar 10 miljoen euro verdiend door het verzilveren van opties en prestatie-aandelen.
Dat veroorzaakt nogal wat commotie in de media en ook de vakbonden zijn er niet erg over te spreken. De FNV spreekt van "bijna on-Nederlands en buitenproportioneel."

We vergeten daarbij echter dat dit het resultaat is van een beweging naar prestatiebeloning op de lange termijn die de laatste jaren als goede corporate governance wordt beschouwd.
Bestuurders moeten hun bonuspakketten voor langere tijd aanhouden, drie tot vijf jaar is het minimum. Meurice heeft zijn pakket bijna negen jaar in portefeuille gehad.
Omdat hij er bovendien elk jaar nieuw opties en aandelen bij krijgt loopt dat pakket aardig op in aantal en ook in waarde als de koers van het aandeel stijgt.

Dat laatste is het geval want in 2004, toen Meurice bij ASML begon lag de koers van het aandeel onder de 20 euro. In 2011 lag de koers boven de 30 euro en schommelt nu rond de 50 euro. Op de website "www.bestuursvoorzitter.nl" zien we dat Meurice een rendement voor aandeelhouders heeft gehaald van 347%. Het spreekt voor zich dat hij daar ook in mee profiteert met zijn aandelen en opties, bovendien er zijn weinig bestuursvoorzitter die een dergelijk rendement voor elkaar kregen.
Daarnaast wist hij ASML tot een onbetwiste marktleider te maken in een moeilijke markt met een verdubbeling van de omzet en een verdubbeling van het aantal medewerkers.
Dat is inderdaad bijna on-Nederlands, maar zeker buitenproportioneel, want er zijn niet veel bestuurders die hem dit nadoen.

Wat wel typisch Nederlands is, dat men dan in diverse kranten meldt dat in Nederland in het verleden alleen Jan Bennink bij Numico en Rijkman Groenink bij ABN AMRO in een jaar meer binnen wisten te halen als bestuursvoorzitters, respectievelijk 76 miljoen euro en 29 miljoen euro.
Dat is nu echt appels met peren vergelijken.
Bennink wist Numico succesvol te verkopen na een reorganisatie en Rijkman Groenink verprutste als topman van ABN Amro de strategie van de bank zodat deze een willige overname-prooi werd. Dat hij door het riante overnamebod zijn opties en aandelen in waarde enorm zag stijgen is niet zijn werk, maar je zou zeggen desondanks zijn slechte presteren.

Meurice werkt al bijna 9 jaar onafgebroken aan de uitbouw van ASML en met succes.  Dat mag dan van mij beloond worden. De wens dat de beloning van bestuurders meer op de lange termijn gericht moet worden is dan ook bij ASML volledig waargemaakt.
Dat het dan om een groot bedrag gaat als de bonus na een aantal jaren tot uitbetaling komt is geen reden tot grootschalige verontwaardiging.
Het is eerlijk verdiend gezien de buitengewone prestaties, afgesproken met de raad van commissarissen en bovendien goedgekeurd door de aandeelhouders.
We kunnen in Nederland wel meer van dit soort bestuurders gebruiken.

Als we dan kwaad willen worden over onterechte beloningen dan heb ik voor u een beter voorbeeld in de vestigingsplaats van ASML. Omroep Brabant meldt:
Cees Verouden, een oud-bestuurder van thuiszorgorganisatie ZuidZorg in Veldhoven die daarna als adviseur aan ZuidZorg verbonden bleef, heeft in 2011 180.000 euro opgestreken. Daarmee verdiende hij meer dan de nieuwe voorzitter van de Raad van Bestuur. Bovendien werkte hij maar een paar dagen in de week voor de organisatie.  Ook reed Verouden in een auto van de zaak van 64.000 euro. Onder zijn bewind kwam ZuidZorg in het nieuws vanwege een dreigende ontslagronde en boze gemeenten die vonden dat ZuidZorg hun afspraken niet nakwam.
Toegegeven, het is geen hightech, maar gewoon een elementaire voorziening voor veel hulpbehoevende mensen. Het gaat ook om een veel lager bedrag. De kern is echter dat het niet verdiend is.
Er zijn in ons landje veel te veel mensen die een salaris krijgen dat ze eigenlijk niet waard zijn.
Daar zou de verontwaardiging zich op moeten richten.
Niet op de heer Meurice, want die heeft zijn geld echt wel verdiend.

woensdag 16 januari 2013

Toezicht op woningcorporaties: de Vestia-affaire


De Rotterdamse woningcorporatie Vestia (90.000 woningen) is vorig jaar in grote liquiditeitsproblemen gekomen door overvloedig en speculatief gebruik van derivaten met een omvang van bruto 24 miljard euro. Door rentedalingen moest Vestia enkele miljarden euro’s bijstorten en die had Vestia niet. Uiteindelijk moest de corporatie door de hele sector worden gered, ten koste van 2 miljard euro aan corporatievermogen.
Topman Staal moest vertrekken naar aanleiding van deze affaire, maar kreeg wel een riante vertrekvergoeding mee van 3,5 miljoen euro die tot veel ophef leidde.

Een onafhankelijke commissie, onder voorzitterschap van mr. Hoekstra heeft de leerpunten uit de Vestia-casus bezien en ook aanbevelingen gedaan. Het eindverslag is op maandag 14 januari 2013 aan de Tweede Kamer aangeboden. Het eindrapport, met de titel “Eindrapportage Commissie Kaderstelling en Toezicht Woningcorporaties’ is wat mij betreft een gortdroge maar ook vernietigende kritiek op tekortschietend toezicht bij woningcorporaties.
Gortdroog omdat er in tegenstelling tot bijvoorbeeld de onderzoeken naar DSB en Van der Moolen, geen enkel detail bekend wordt gemaakt over wat de hoofdrolspelers heeft bewogen. De directie, de interne en externe toezichthouders en de accountant, ze waren er wel, maar we zien ze niet. We lezen wel wat ze fout hebben gedaan, maar we krijgen geen verder inzicht over hun handelen en de motieven daarbij.

Vernietigend ook omdat het rapport onomwonden stelt dat het toezicht bij woningcorporaties aan alle kanten tekort schoot. Niet alleen de toezichthouder, het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV), reageert niet alert genoeg bij misstanden, ook het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) en het ministerie zijn niet scherp genoeg en grijpen te laat in.

De Vestia casus
Is de situatie bij Vestia nu zo uitzonderlijk geweest?
Ik citeer uit de rapportage . . "De commissie heeft een analyse gemaakt van de problemen bij Vestia en deze vergeleken met andere woningcorporaties waar het in de afgelopen periode misging. Behalve dat het bij Vestia om uitzonderlijk veel geld ging, staat deze ook apart van andere door de extreme veronachtzaming van alle governance vereisten die leidden tot een unieke combinatie van falen.
Dit betrof:
  • Een autonoom optredende algemeen directeur en treasurer.
  • Gebrek aan interne administratie, risicobeheersing en onafhankelijke controle op bedrijfsniveau.
  • Op financieel terrein onvoldoende taakuitoefening door de Raad van Toezicht.
  • Goedkeurende accountantsverklaringen waarvoor onvoldoende grond was en ook van de zijde van de accountant onvoldoende risicosignalering.
  • Belanghouders die de volkshuisvestelijke prestaties uitermate positief waardeerden maar de financiële risico’s niet in de beschouwing betrokken. Derhalve had de horizontale verankering en verantwoording onvoldoende signalerend en corrigerend vermogen. 
  • Onvoldoende risicobeheersing in de preventieve sfeer door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW).
  • Onvoldoende probleemsignalering door het CFV in de fasen voorafgaande aan de explosie van problemen."
Daarna zegt de commissie . . "Los van de Vestia casus komt het te vaak voor dat het aan zelfcorrigerend vermogen bij woningcorporaties en de sector ontbreekt en dat er onvoldoende en te laat wordt ingegrepen."

Gerommel in de hele sector
Als je dat leest was de situatie bij Vestia eigenlijk helemaal niet zo uitzonderlijk. Bovendien gebruikt de commissie hier wel erg vage bewoordingen. In de hele sector zie je voortdurend een beeld van dominante directeuren die totaal ontsporen, gebrekkige interne administratie, een slecht functionerende Raad van Toezicht en mankerende accountantsverklaringen. Denk maar even aan:
  • Stichting Woonbron die het cruiseschip SS Rotterdam voor 250 miljoen euro opknapte en daardoor in de problemen raakte;
  • De sjoemelende directeur van Rochdale, Hubert Molenkamp die wordt verdacht van frauduleuze zaken als het aannemen of betalen van steekpenningen, valsheid in geschrifte, belastingfraude en witwassen;
  • De fraude door de directeur bij de Stichting Gereformeerde Bouwcorporatie voor Bejaarden die miljoenen euro's bedroeg;
  • De fraude van de directeur van corporatie De Key die zich schuldig had gemaakt aan opzettelijke misleiding bij de transactie van een stuk grond waarbij de corporatie voor 3,2 miljoen werd benadeeld;  
  • De problemen bij  de Bredase woningcorporatie Laurentius door een veel te ambitieus beleid en mogelijk fraude van de directie;
  • Het onder verscherpt toezicht plaatsen van de Amsterdamse woningbouwcorporatie Ymere vanwege een daling in het vermogen;
  • Het onder verscherpt toezicht plaatsen van de corporaties Wooninvest en Portaal vanwege de slechte financiële positie door negatieve derivatenposities;
  • Het opheffen van de woningcorporatie WSG uit Geertruidenberg die diep in de financiële problemen raakte door onverantwoorde aankopen;
  • De constatering van de Autoriteit Financiële Markten dat er met de accountantscontrole op woningcorporaties heel wat mis is gegaan.
  • Zeker een derde van de directeuren van woningcorporatie in 2011 meer dan de Balkenendenorm verdiende.
Je kunt hier toch niet van zeggen dat het "te vaak' voorkomt? Het een voortdurende stroom van negatieve zaken in deze sector die weinig van doen heeft met instellingen die de publieke taak van bevordering voldoende woongelegenheid uitoefenen (zie art. 22, tweede lid van de Grondwet). Er is maar 1 conclusie mogelijk en die is dat de hele sector van woningcorporaties tot in de wortel verziekt is.

Toezicht?

Zoals te verwachten valt kiest de commissie Hoekstra voor meer en beter toezicht als oplossing. Allereerst moet de afstemming tussen WSW en CFV volgens de commissie beter. Op het moment dat het misgaat bij een corporatie moet er ook een nieuwe en aparte ‘saneringsorganisatie’ in actie komen, die de taken van beide instanties tijdelijk overneemt. De commissie meent verder dat de toezichtstaak van het Rijk bij een onafhankelijke inspectie moet worden ondergebracht, in plaats van bij het ministerie. Zodat het toezicht gescheiden wordt van het beleid. Deze inspectie ziet dan onder meer toe op het volkshuisvestelijk presteren van de corporaties.
Allemaal keurig ambtelijk jargon voor een vooral procedurele oplossing met nieuwe toezichthoudende spelers zoals de Saneringsorganisatie en de inspectie Volkshuisvesting. Die gaan dan functioneren in een toezichtsveld dat dan bestaat uit vier onafhankelijke toezichthouders met verschillende taken. Dat dit goed zal gaan werken kan alleen in de Haagse kaasstolp worden bedacht. De illustratie van dit toezichtsmodel op pagina 48 van het rapport is van dit denken een pijnlijk goed voorbeeld. Tel daarbij op dat de branchevereniging Aedes, de Vereniging van Toezichthouders Woningcorporaties en de stakeholders (zoals gemeenten en huurders) ook nog een balletje meetrappen. Wie de bal dan nog in het doel weet te krijgen op dit speelveld is wel heel erg knap.
Waarom de commissie niet verder heeft gedacht over structurele wijzigingen in het toezichtsmodel is mij niet duidelijk.
Zelf zegt de commissie daarover:
"De commissie heeft zich uitvoerig gebogen over verschillende toezichtmodellen, waarbij ook vergaande wijzigingen in het bestaande stelsel zijn bezien maar zij is tot de conclusie gekomen dat een keuze voor een eenduidiger ordeningsprincipe tot zodanige aanpassingen leidt in de bestaande situatie, dat een snelle en zorgvuldige inrichting van het toezichtstelsel niet wordt bevorderd, terwijl dit toch hoge prioriteit dient te hebben. In het advies kiest zij daarom voor een pragmatische, zo men wil no-regret, benadering, die het mogelijk maakt vanuit de bestaande situatie zinvolle stappen te zetten."
Ook dit is weer onbegrijpelijke ingewikkelde ambtelijke taal voor het niet willen doorhakken van een aantal knopen.
Natuurlijk is dit een toezichtmodel dat niet werkt en de voorgestelde verbeteringen maken het alleen maar ingewikkelder. Voor de goede orde, men praat al meer dan 15 jaar over de inrichting van het toezichtstelsel zonder dat dit heeft geleid tot het duidelijk worden van de toezichts-verantwoordelijkheden.

Conclusie
Helder is inmiddels wel dat de huidige mate van zelfregulering in de sector niet goed werkt.
Ook wordt het tijd om de positie van het  WSW onder ogen te zien. Het is een private instelling en die zou je eigenlijk niet met toezichtstaken moeten belasten.
Ten derde neemt het ministerie onvoldoende zijn eigen verantwoordelijkheid als het gaat om het volkshuisvestelijke toezicht.
De zogenaamde pragmatische benadering voorstellen van de commissie Hoekstra zijn in dit licht bezien onder de maat en gaan de problemen echt niet verhelpen. Er zijn volgens mij wel degelijk vergaande structurele wijzigingen nodig om onze volkshuisvesting weer in goede banen te leiden.

Alles overziend lijkt mij het antwoord op een adequaat toezichtmodel nogal eenvoudig: beleg alle toezichtstaken (prestaties van woningcorporaties, financiële continuïteit en governance, conflictbeslechting) bij een externe (ook van de minister) onafhankelijke autoriteit die als enige toezicht houdt. Een voorstel dat overigens ook al in 2008 door de Stuurgroep Meijerink werd gedaan, maar dat niet door minister van der Laan en later minister Donner werd overgenomen.
Zinvolle stappen vanuit de bestaande situatie lijken inmiddels niet meer goed mogelijk.
Daarvoor is volkshuisvesting te belangrijk.

donderdag 10 januari 2013

Korte termijn Aandeelhouders

Ik heb me al vaker bezig gehouden met de verkeerde gedachte dat het vermeende korte termijn gedrag van aandeelhouders schadelijk is voor het voortbestaan van een beursgenoteerde onderneming op de lange termijn. Zie hiervoor bijvoorbeeld mijn kritiek op de Kay Review van 11 september 2012.
Veel van mijn academische collega's zijn van dit denkbeeld overtuigd, zodat het voor mij plezierig was om een artikel van professor Mark Roe van Harvard Law School tegen te komen die mijn mening deelt.
Het gaat om de gedachte dat de huidige aandelenmarkt met zijn accent op de korte termijn de ondernemingen ertoe dwingt om in steeds kortere planningsperioden. Investeren voor de langere termijn is daardoor onmogelijk geworden met alle rampzalige gevolgen van dien. Kay legt in zijn eindrapport een relatie tussen de afname van investeringen van ondernemingen als percentage van het Bruto Nationaal Product en het toenemende volume van aandelentransacties, waardoor de lange termijn aandeelhouder uit het zicht verdwijnt en de ondernemingen gedwongen worden tot korte termijn gedrag. Een soortgelijke redenering volgt de Europese Unie in het Green Report  over het EU Corporate Governance Framework.

Mark Roe stelt terecht dat al die aandacht voor de mogelijke effecten van al die korte termijn aandeelhouders de aandacht afleidt van andere mogelijke oorzaken van korte termijn gedrag van ondernemingen. Daarnaast bestrijdt hij dat ondernemingen alleen maar interesse hebben voor de korte termijn en daardoor de lange termijn uit het oog verliezen.

Roe zegt dat de hoge marktwaarde van ondernemingen als Apple en andere high-tech ondernemingen er op wijzen dat de aandelenmarkt wel degelijk in staat is om het verdien-potentieel van die ondernemingen op de lange termijn in te schatten.

Een tweede argument van Roe is dat er weliswaar sprake is van gemiddeld steeds kortere perioden van aandeelhouderschap, maar dat dit weinig zegt over de invloed hiervan op het bestuur van beursgenoteerde ondernemingen. Hij wijst er op dat grote zakelijke beleggers als Vanguard en Fidelity hun aandelen nog steeds voor perioden van twee tot drie jaar in portefeuille houden. Een constatering die overigens ook voor de Nederlandse zakelijke beleggers geldt. Zie hiervoor het recente onderzoeksrapport van Eumedion over de langetermijn focus van Nederlandse institutionele beleggers, uitgevoerd door de Universiteit van Tilburg. Meer dan 80% van de omvang van de aandelenportefeuilles wordt voor vijf jaar of langer aangehouden zo blijkt.
Natuurlijk wordt een deel van de aandelen op de beurs elke dag in milliseconden verhandeld maar dat betekent nog niet dat alle aandeelhouders daaraan meedoen.

Een derde argument van Roe is dat een mogelijke korte termijn voorkeur ook kan worden veroorzaakt door de steeds kortere zittingstermijn van de bestuurders van beursgenoteerde ondernemingen. Een gemiddelde Amerikaanse CEO houdt het niet langer vol dan 6 tot 7 jaar en het is volkomen begrijpelijk dat zij in die periode goede resultaten op hun conto willen schrijven. Dat korte termijngedrag van CEO's is overigens ook empirisch vastgesteld aldus Roe.

Een vierde argument van Roe is dat ondernemingen waarschijnlijk onder de druk van marktomstandigheden op steeds kortere termijn moeten plannen en reageren. Dat betekent volgens hem niet dat zij zich verschuilen voor de toekomst, maar dat ze te maken met een economie met steeds kortere product- en planningscycli.

In een interview met Tim Cook, de opvolger van Steve Jobs als topman van Apple is daarvan een goed voorbeeld te vinden.
Daarin zegt hij dat 80% van de omzet van Apple van producten komt die 60 dagen geleden nog niet op de markt waren. Hj bedoelt de nieuwe iPhone5, nieuwe iPods, de nieuwe iPad, de nieuwe iPad-mini en de nieuwe MacBook Pro.
In de huidige markten moet je voortdurende vernieuwen n een steeds kortere tijdsspanne maar ook durven inzetten op volledig nieuwe producten en diensten die je op de lange termijn marktleider kunnen maken en houden.
Dat betekent investeren in Research en Development en in een cultuur waarin nieuwe ideeën kunnen gedijen. Het betekent ook dat het bezitten van fabrieken en daarin investeren een blok aan het been kan zijn. We zien steeds meer eens scheiding tussen denken en maken. Apple heeft bijvoorbeeld zelf geen productiecapaciteit maar besteedt alles uit. Dat is overigens niets nieuws want steeds meer ondernemingen doen dat. Als je de productie uitbesteed hoef je niet meer daarin te investeren voor de lange termijn en heb je geld vrij voor andere zaken.

Dat er in de UK minder wordt geïnvesteerd in productiemiddelen zoals Kay opvoert in zijn rapportage, is heel goed door dit fenomeen te verklaren.
Dat Britse ondernemingen minder investeren in productiemiddelen en het daardoor slecht doen, althans volgens Kay, heeft denk ik weinig te maken met die korte termijn aandeelhouders.
Zou het niet zo kunnen zijn dat Britse ondernemingen gewoon niet meekunnen in deze tijd door onvoldoende denkkracht en innovatie?
Is het echte probleem niet dat de ondernemingen slecht worden geleid en dat de hele infrastructuur in de UK niet goed meer mee kan in deze turbulente tijden. Misschien kan men beter meer investeren in goed onderwijs dan aandeelhouders de schuld geven. Misschien kan men beter zorgen voor een goede wegen en minder bureaucratie, om maar eens wat voorbeelden te geven. Dat laatste geldt overigens voor de Europese Unie en ons land.

Ik kwam laatst nog een aardig voorbeeld tegen van verspilling van overheidsgeld. Het Financial Services Committee van het Amerikaanse congres zegt dat, de nieuwe Dodd-Frank wetgeving om een nieuwe financiële crisis te voorkomen nu al al meer dan 7.365 pagina's beslaat en men is nog nog maar net op de helft. Zoals het congreslid Neugebacher van deze commissie zegt . . Het kost financiële ondernemingen in Amerika meer dan 24 miljoen manuur per jaar om er aan te voldoen. Het kostte 20 miljoen manuur om het Panama kanaal aan te leggen!
Wat een verspilling van geld! Er zijn belangrijker zaken dan aandeelhouders, denk ik zo.