maandag 12 september 2011

Code Accountantsorganisaties

Na de Nederlandse Corporate Governance Code, de Code Zorg, de Code Woningcorporaties, de Code Banken, de Code Verzekeraars enz. komt er nu ook een Code voor Accountantsorganisaties.
De Code is ontwikkeld door een werkgroep van Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA).
Deze nieuwe code wordt, na brede consultatie, verplicht gesteld voor accountantsorganisaties met een OOB-vergunning (Organisaties van Openbaar Belang), ofwel kantoren die beursvennootschappen controleren of grote publiekprivate organisaties. NBA voorzitter Ruud Dekkers stelt in zijn aankondiging van het stuk dat het doel ervan is het publieke belang binnen accountantsorganisaties beter borgen door het aanstellen van onafhankelijke derden als toezichthouder, zodat wat maatschappelijk leeft beter doordringt tot de bestuurskamers.
Binnen het toezichthoudend orgaan van de accountantsorganisatie komt daartoe een commissie publiek belang die in meerderheid bestaat uit onafhankelijke derden. Deze commissie ziet toe op waarborging van het publieke belang in de bestuurlijke besluitvorming, het kwaliteitsbeheersingsysteem, beloningsbeleid inclusief dat van partners en bestuurders, risicomanagement, afhandeling van klachten, uitkomsten van interne- en externe kwaliteitstoetsen en op basis daarvan getroffen maatregelen, externe rapportages, de dialoog met belanghebbenden en (potentiĆ«le) reputatierisico's.


Vanuit het vakgebied corporate governance is het al dan niet vrijwillig instellen van een gedragscode een belangrijk instrument om te bewerkstelligen dat organisaties meer in de pas gaan lopen met algemeen aanvaarde beginselen van goed ondernemingsbestuur. Wat dat betreft verdient het NBA alle lof, maar toch zijn er een aantal kanttekeningen te plaatsen.
Allereerst is het voor het draagvlak, maar ook de kwaliteit van een gedragscode noodzakelijk dat de belangrijkste belanghebbenden betrokken worden bij de totstandkoming ervan. Dat heeft het NBA nagelaten, want de werkgroep bestond alleen maar uit accountants. Het door Dekkers zo gewaardeerde publieke belang was domweg niet uitgenodigd om mee te doen en dat is toch wel een belangrijke omissie.
Dat de Code ter consultatie wordt aangeboden aan alle belanghebbenden doet hier niets aan af.
Zoals collega Pheijffer terecht betoogt had de NBA hier meer omgevingssensitiviteit behoren te tonen.

Ten tweede is het belangrijk dat een gedragscode ruimte biedt voor het toepassen ervan in een pluriforme omgeving. Dat wordt bereikt door het "pas toe of leg uit' principe dat organisaties de kans biedt sommige bepalingen anders toe te passen omdat deze in hun situatie minder goed uitpakken of zelfs niet goed toepasbaar zijn. Zoals ook in de Green Paper The EU corporate governance framework wordt gesteld is een flexibele "Comply or Explain" doctrine een belangrijk principe in de Europese Corporate Governance. De European Confederation of Directors' Assocations stelt zelfs in haar commentaar op dit stuk dat dit te prefereren is boven een regime waarin verplichte governance  vereisten in wetgeving wordt ingebed.
Het is in dit licht dan ook opvallend dat de nieuwe Code voor Accountantsorganisaties verplicht wordt gesteld en dat de code niet het comply or explain-principe hanteert, maar dat comply de norm wordt.

Sterker nog, in de Code staat te lezen dat men het voornemen heeft om de onderdelen van de Code die niet vastgelegd zijn in de beroepsregelgeving, na publieke consultatie alsnog daarin te verankeren.
Een motivering voor deze opstelling ontbreekt maar het zou kunnen dat de NBA de mogelijk vermeende vrijblijvendheid van het Pas Toe of Leg uit principe als een te groot nadeel ziet.
Ik vrees dat hierdoor de praktische toepassing van de Code problematisch wordt. Dit vooral door de heterogeniteit van de doelgroep. Er zijn nogal wat verschillen tussen de 15 accountantsorganisaties die verplicht onder de Code vallen. Verschillen in grootte, het aantal beursgenoteerde klanten, het aantal OOB-klanten e.d. Toch dienen al deze kantoren zich te schikken in het regime van de Code, zonder dat zij daar een eigen invulling aan kunnen geven.
Als voorbeeld geef ik de verplichting in de code om een toezichthoudend orgaan in te voeren. Waarom kunnen de kantoren hier niet zelf voor kiezen? Waarom is er niet de mogelijkheid om alleen een commissie "Publiek Belang" in te stellen, bestaande uit onafhankelijke leden.
Daarnaast is de Code niet echt duidelijk want in principe 2.2 staat dat deze commissie naast of binnen het toezichthoudend orgaan moet worden gevormd. De reden hiervoor wordt niet gegeven, maar je zou bijna denken dat als dit de mogelijkheid biedt om alleen een commissie in te stellen en geen Raad van Toezicht.

Een derde kritiekpunt is de aanstelling van interne toezichthouders die, zoals de Code stelt, gaan toezien op de manier waarop een accountantskantoor het publieke belang van de accountantsverklaring waarborgt.
De was ook een van de opvallendste bepalingen van de nieuwe accountantscode die onlangs in Engeland is ingevoerd en die de NBA als uitgangspunt heeft gebruikt voor de eigen code.
Voor alle duidelijkheid, ik ben een voorstander van beter intern toezicht, uitgevoerd door onafhankelijke, maar vooral deskundige leden. We moeten daarbij echter wel bedenken dat deze constructie in de praktijk met dezelfde governance problemen te maken gaat krijgen als nu ook het geval is in de publiek-private sector. Toezichthouders zijn geen commissarissen en worden niet aangesteld door de aandeelhouders, want die zijn er niet in de publiek-private sector. In mijn boek Grondslagen van Corporale Governance ga ik in hoofdstuk 15 uitgebreid op deze problematiek van public governance. Kern van het probleem is dat een raad van toezicht aan niemand verantwoording hoeft af te leggen of dat er geen sancties bestaan op slecht functioneren. Datzelfde probleem kan zich ook voordoen bij de voorgestelde toezichtconstructie bij accountantsorganisaties. Daar komt nog bij dat de Code onduidelijk is over de wijze van benoeming van de toezichthouders of de leden van de commissie publiek belang en hun bevoegdheden.
Een vergelijking tussen  bevoegdheden van commissarissen in het burgerlijk wetboek en de Code Tabaksblat en die van de Code Accountantsorganisaties toont een aantal belangrijke omissies.
Zo hebben de toezichthouders niet het recht bestuurders te benoemen en te ontslaan. Is niet duidelijk hoe en door wie zij worden benoemd. Hebben toezichthouders geen recht op goedkeuring belangrijke besluiten of kunnen zij zelfstandig advies inwinnen bij derden.

Een laatste kritiekpunt is dat de Code geen duidelijkheid biedt over de evaluatie van de naleving ervan. Het ligt voor de hand om in navolging van de Monitoring Commissie Corporate Governance Code een soortgelijke commissie in te stellen voor de Code Accountantsorganisaties.

Ondanks deze kanttekeningen ben ik van mening dat de Code een goede stap vooruit is. Ik ben dan ook benieuwd naar de reacties op de consultatie en het uiteindelijke definitieve voorstel.
Wel ben ik van mening dat er een fundamentele weeffout in het voorstel zit en dat betreft de introductie van de verplichte toezichthouders. Ik kom daar in een nieuw bericht op terug.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten