woensdag 21 november 2012

Professor pleegt plagiaat?

Ik heb u in een eerder weblog, onder de titel "Even weg", op de hoogte gebracht dat ik door wetenschapsjournalist Frank van Kolfschooten (FvK) onheus werd beschuldigd van plagiaat.
Achter de schermen heeft zich het nodige afgespeeld, maar recent is er iets gebeurd dat mij noodzaakt om in de volledige openbaarheid te treden.

Aanleiding was een artikel "Wetenschappers zijn net mensen"over zijn laatste boek "Ontspoorde Wetenschap" in het Erasmusmagazine van 16 november 2012. Daarin staat de volgende passage:
"Over de zaak van Ruud Pruijm, emeritus-hoogleraar Administratieve techniek aan de EUR, publiceerde Van Kolfschooten niet, omdat het 'een te lang verhaal" en uiteindelijk "niet zo opzienbarend" was. Hij vond wel opnieuw plagiaat in Pruijms werk, na de plagiaatzaak rond zijn proefschrift uit 1989."
Twee keer ongegrond beschuldigd worden van plagiaat in het lijfblad van je eigen alma mater is geen sinecure. Je zou denken dat een tijdschrift dat nauw verbonden is aan de Erasmus Universiteit de moeite had genomen om deze zware  aantijgingen aan een emeritus hoogleraar op z'n minst te verifiëren.
Het tegendeel is echter waar.
De betrokken redactrice heeft deze aantijgingen zonder enig verder speurwerk overgenomen en dat is uitermate slechte journalistiek. Ik heb de redactie hierop geattendeerd, maar volgens de hoofdredacteur van het blad heeft de journalist zich "daarbij gebaseerd op het onderzoek van de heer Kolfschooten dat uitgebreid en vergaand is geweest naar onregelmatigheden in het wetenschappelijk bedrijf."
Dat is pertinent onjuist want ik kom als plagiaatgeval helemaal niet voor in het boek. Het gaat hier alleen om een mondelinge mededeling van FvK die klakkeloos is overgenomen.
Daarnaast is er door haar geen hoor en wederhoor toepast en dat is haar eveneens zwaar aan te rekenen.

Had men dat wel gedaan?


Proefschrift 1990
Dan had men al snel kunnen vaststellen dat mijn proefschrift dateert uit 1990 en niet uit 1989.
Dan had men mogelijk ook kunnen vinden dat de aantijgingen van FvK in die tijd diepgaand zijn onderzocht. Ik citeer uit een intern verslag

Volgens de promotor en andere leden van de promotiecommissie is correct door mij gehandeld.Er is geen sprake van letterlijke overname. In de dissertatie wordt herhaaldelijk aangegeven dat er sprake is van de mening van andere auteurs. Het betreffende hoofdstuk bevat meer dan 36 keer expliciet verwijzingen naar beide auteurs. Bovendien is er in de index expliciet aangegeven op welke pagina’s beide auteurs worden behandeld.Verder onderzoek door professor Jaap Spoor, een extern deskundige op het gebied van plagiaat heeft dat bevestigd.Het is volgens hem duidelijk dat er zo integer mogelijk is gehandeld en dat er geprobeerd is een zo getrouw en nauwkeurig mogelijk beeld te geven van de oorspronkelijke teksten.
Dan had men kunnen constateren dat de conclusie was dat er geen sprake is van plagiaat.
Een conclusie die ook bekend is bij FvK, maar die hem er niet van weerhoudt zijn onjuiste aantijging te herhalen.
Dat de "zaak' niet "opzienbarend" was, zoals in het artikel is geciteerd, lijkt mij nogal logisch want er is helemaal geen zaak.

Opnieuw plagiaat

Ook de mondelinge bewering van FvK dat ik opnieuw plagiaat gepleegd heb is onjuist.

FvK heeft inderdaad aangifte gedaan van vermeend plagiaat in mijn nieuwste boek "Grondslagen van Corporate Governance" bij de rector van Nyenrode.

Hij gebruikt daarvoor de volgende, nogal snerende, bewoordingen:


"Het gaat zoals gezegd om een steekproef, wat, mede gezien de voorgeschiedenis, het ergste doet vrezen voor de manier van verwijzen in de rest van het boek. Ik heb Ruud Pruijm hier inmiddels mee geconfronteerd, maar hij ontkent opnieuw dat dit plagiaat is. Ik hoor graag het commentaar van Nyenrode op Pruijms omgang met teksten in dit boek."

Business Universiteit Nyenrode, waar ik nu gasthoogleraar ben, heeft deze zaak grondig onderzocht.

Het woord "grondig' is door mij niet zonder reden gebruikt, want de universiteit, heeft, op basis van een door mij vrijwillig aangeleverde digitale versie van het boek, dit volledig onderzocht met het plagiaatprogramma Euphorus.
Er zijn daarbij uiteindelijk drie omissies geconstateerd in de bronvermelding en de universiteit heeft daarop de klacht verworpen. Er was geen sprake van plagiaat.

Ook deze beschuldiging van FvK is niet in het boek "Ontspoorde Wetenschap" opgenomen, waarschijnlijk ook omdat het "niet zo opzienbarend" was.
Waarom hij dan wel in Erasmusmagazine vertelt dat hij opnieuw plagiaat heeft gevonden klopt voor geen kant. 



Details van de zaak

Om volledige transparantie te betrachten zal ik u alle details geven van de drie genoemde gevallen van plagiaat door FvK en mijn antwoord daarop aan de onderzoekscommissie van Nyenrode:

  1. Op pagina 160-161 staan twee tekstblokken die zijn overgenomen uit een artikel van Eric Smit in Dagblad de Pers. 
    Antwoord: Ik baseer me voor deze case op een aantal krantenartikelen en maak op basis daarvan een compacte beschrijving in een apart tekstblok.
    In de brontekst is dat af te leiden aan de zet-instructie [intermezzo], waardoor er in het boek een apart kader wordt gemaakt.
    De eerste drie zinnen komen volgens Ephorus uit een artikel van Eric Smit. Ik kan mij dat niet herinneren want ik raadpleeg nooit dit dagblad, maar volg in deze de conclusie van Ephorus.
    Hier had een bronvermelding bij gemoeten en deze heb ik in de komende tweede druk aangebracht. Verder heb ik gebruik gemaakt van een serie persberichten van de VEB en enkele artikelen uit het FD. Ephorus constateert alleen een overname van een VEB persbericht en daarvan is geen bronvermelding gepleegd.
    Ik heb voor de tweede druk een passage aan het einde van de case opgenomen waarin ik als bron het dossier World Online van de website van het VEB noem.
  2. Op pagina 171 staat een tekst die afkomstig uit een van de twee boeken van Pieter Vos, deze boeken worden niet genoemd in de literatuurlijst achterin. 
    Antwoord: Het betreft hier overigens zijn boek Recovery Management uit 2008 waar ik zelf een exemplaar van bezit en niet de uitgave uit 2003 "Kredietopvraging en Insolventierisico.'
    Zoals in mijn eigen tekst te zien is punt f verliesversluiering uit de opsomming van de heer Vos weggevallen.
    In de basisversie van mijn tekst stond dit punt wel gemeld, gevolg door een verwijzing naar de auteur Peter Vos. In de finale versie is dit stukje vermoedelijk weggevallen tijdens het proces van eindredactie en dat is toen niet door mij opgemerkt.
    In de eindcontrole is door mij grondig nagegaan of van elke geciteerde auteur in de tekst ook daadwerkelijk een literatuurverwijzing is opgenomen. Omdat de vermelding van Peter Vos ontbrak in de eindtekst heeft deze controle ook niet niet gewerkt.
    Dat is jammer, maar fouten worden gemaakt.
    Deze fout is in de tweede druk hersteld.
  3. Op pagina 382 geeft u een opsomming van soorten fraude. Die blijkt zonder bronvermelding ontleend aan Wikipedia.  Antwoord:  Tijdens mijn zoektocht naar mogelijke soorten fraude via Google kwam ik inderdaad een lijstje van Wikipedia tegen. Ik had inmiddels al een aantal soorten fraude opgeschreven, maar heb dankbaar gebruik gemaakt van de opsomming in Wikepedia. Ik heb de opsomming bewerkt, sommige fraudes weggelaten en aangevuld met 2 soorten fraude die er niet in werden genoemd (beleggingsfraude en jaarrekeningfraude). Ik heb daarbij aangenomen dat ik deze opsomming kon gebruiken, zonder bronvermelding, omdat de Creative Commons voorwaarden daarin niet echt duidelijk zijn. Daar staat "Naamsvermelding-De gebruiker dient bij het werk de door de maker of de licentiegever aangegeven naam te vermelden." Op de betrokken pagina staat echter geen naam gemeld. Ik volg in deze echter graag de mening van prof. Hugenholz en heb de pagina nu als bron Wikipedia genoemd, zodat deze fout in de tweede druk niet meer voorkomt.
 Conclusie

Op basis van het onderzoek heeft Nyenrode geconstateerd dat er geen sprake was van plagiaat maar wel van wetenschappelijke onzorgvuldigheid. U kunt op basis van het door mij geleverde materiaal zelf vaststellen of u dezelfde mening bent toegedaan.


U kunt van mij aannemen dat deze uitspraak voor een wetenschapper geen prettige boodschap is.
In dit geval vooral omdat er door de digitale stofkam slechts drie fouten zijn gevonden in een boek van 500 pagina's. Curieus is wel dat speurmachine Ephorus uiteindelijk dezelfde drie gevallen als FvK constateert, maar de eerlijkheid gebiedt om daarbij te vermelden dat er bij nadere beschouwing drie cases van Ephorus door de commissie zijn afgevoerd als niet relevant.

Wel blijkt uit de uitspraak duidelijk dat er van bewust plagiaat plegen geen sprake is geweest, dus ook niet van letterdieverij. Wie wetenschappelijk publiceert, weet dat er door slordigheid 
onbewust plagiaat kan voorkomen.
Dat is ook de reden dat ik mij erger aan het gemak waarmee FvK mij in eerder genoemde boekbespreking plaatst in het rijtje fraudeurs aan de Erasmus Universiteit zoals Dirk Smeeters en Don Poldermans.
Dat is ook de reden dat ik mij erger aan de expliciete aantijging in de klacht bij de rector van Nyenrode dat FvK het "ergste vreest."
Weet u, wetenschappers zijn inderdaad net mensen en vinden het bijzonder vervelend als op zo'n onheuse en ongefundeerde manier hun zorgvuldige opgebouwde wetenschappelijke reputatie wordt geschaad.

Van fouten fraude maken
Wie de moeite neemt om de uitspraak van de Raad voor de Journalistiek nog eens te lezen in mijn klacht tegen FvK, kan zien dat deze journalist te werk gaat als een echte paparazzi en van hoor en wederhoor niets moet hebben.
Je bent machteloos als iemand als FvK aan iedereen berichten stuurt dat je plagiaat pleegt en hen om commentaar vraagt. Je weet gewoon niet aan wie hij allemaal deze onzin stuurt en daarbij bewust vergeet te melden wat daarop mijn antwoord was. Je kunt je daartegen niet verweren, maar je goede naam wordt wel te grabbel gegooid.

Als u mij zou vragen of ik dan toch niet blij ben niet in zijn laatste boek genoemd te worden, dan is het antwoord volmondig: Nee.
Want dan had ik de kans gehad om na te gaan of hij daarin wel hoor en wederhoor heeft toegepast en de feiten correct presenteert, om dan een nieuw proces bij de Raad voor de Journalistiek aan te spannen. Overigens kom ik op pagina 21 van zijn boek heel even voor. Hij betreurt daar dat ik hem door mijn actie bij de Raad voor de Journalistiek beroofd heb van een "primeur."

Nu moet ik verder volstaan met verweer tegen mondelinge uitspraken van FvK in de pers, die vallen onder het hoofdstuk vrije meningsuiting en hoogstens met een proces jegens smaad kunnen worden aangepakt.
Deze gratis publiciteit voor zijn boekje gun ik de man nu ook weer niet.
Gelukkig heb ik nog mijn eigen weblog om deze misstanden aan de kaak te stellen.

Tenslotte nog dit. Ik heb ondanks alles waardering voor het nieuwste boek van FvK. Het houdt ons wetenschappers toch een spiegel voor en dat verdient lof. Daarbij bevat het boekje niet echt veel nieuws. Het is en blijft een moeilijk onderwerp, blijkbaar ook voor de auteur zoals ik hem heb zien optreden.

Dat is eigenlijk voor mij het belangrijkste punt van kritiek op FvK. Hij gaat uit van het slechte maar de meeste wetenschappers zijn echt ten goede trouw en werken vol inzet en bezieling in het vakgebied wat ze boeit en inspireert. Waarom zouden ze dan bewust plagiaat gaan plegen, zoals FvK in mijn geval denkt?
Waarom dacht u dat ik bijna 2 kostbare manjaren heb besteed aan het schrijven van mijn leerboek "Grondslagen van Corporate Governance"?
Dat is niet voor het geld kan ik u verzekeren, maar wel omdat het vakgebied een goed leerboek verdient en dat dit werk gewoon moet gebeuren.
Als je dan genadeloos wordt aangevallen door een opgewonden "plagiaatgeleerde" die kost wat kost zijn gelijk wil halen, word je daar echt niet vrolijk van.
Zie als voorbeeld de uitspraken van FvK in het Erasmusmagazine.
Dat is botweg scoren ten kosten van een ander en dat lijkt me geen goede handelwijze.

Tot slot
De kritiek op het artikel heb ik natuurlijk ook in verkorte vorm aan de redactie van Erasmusmagazine gestuurd.
Ik kreeg van hoofdredacteur Wieneke Gunneweg het volgende antwoord:
"Het artikel betrof een boekbespreking van Frank van Kolfschootens boek ‘Ontspoorde wetenschap’ waarin mevrouw Lageman het boek heeft besproken en de kwesties die de EUR aangaan er uit heeft gelicht ter bespreking. Ze heeft zich daarbij gebaseerd op het onderzoek van de heer Kolfschooten dat uitgebreid en vergaand is geweest naar onregelmatigheden in het wetenschappelijk bedrijf. Mijns inziens is het voor een boekbespreking niet vereist om het werk dat Van Kolfschooten heeft gedaan, nog eens dunnetjes over te doen."
Een vreemde reactie want ik kom als plagiaatgeval helemaal niet voor in het boek van FvK, dat volgens haar gebaseerd is op onderzoek dat uitgebreid en vergaand was.
Er is maar 1 conclusie mogelijk: de journalist komt met haar beweringen aan mijn adres uit een gesprek met van Kolfschooten en heeft die uitspraken klakkeloos als citaat overgenomen.

Daarbij is geen hoor en wederhoor toegepast, evenmin heeft deze journalist ook zelfstandig geprobeerd de beweringen te verifiëren.

Als het een weergave was uit het besproken boek had ik mij niet tot de redactie gewend maar tot de auteur.

Het is en blijft slechte journalistiek om mondelinge beweringen die een persoon schaden zonder enig onderzoek over te nemen.  Dat doen ze in de roddelbladen maar hoort niet thuis in een universiteitsblad.

Voor de goede orde: de illustratie over plagiaat is afkomstig van http://welovetypography.com/post/11970, een prachtige website over typografie.

2 opmerkingen:

  1. Het lijkt erop dat Kolfschooten systematisch allerlei wetenschappers probeert te beschadigen. Hij verzint nieuwe woorden als 'zelfplagiaat'. Hij vergroot een paar slordigheden in verwijzingen uit tot 'misdaad'. De affaire Nijkamp is blijkbaar alleen maar de meest recente smaad-campagne van deze "journalist".
    Om even wat zelfplagiaat te doen (ik heb dit stukje al eerder gebruikt, oei foei toch). Uit 'Het Platmaken' van Marten Toonder, geschreven in 1969, opgenomen in 'Een groot denkraam', uitgegeven in 1972. 'Ik heb al vaak gedacht: de prof heeft te veel praatjes. Ik heb hem wel begeleid, maar ik heb nooit inspraak gehad. Hoe kan ik hem klein krijgen, dacht ik vaak ...' 'Laat maar aan mij over,' gromde Super. 'Hij krijgt eerst de Rommelprijs voor wetenschappen en daarna beschuldigen we hem van plagiaat. Stil maar, ik ben al bezig...'
    Als ik de voorbeelden zie van zogenaamd 'zelfplagiaat' die nrc en volkskrant hebben opgediept, dan zie je dat Nijkamp keurig de oorspronkelijke bronnen geschreven door anderen vermeld (misschien is hij dat ook weleens vergeten). Hij zet er alleen niet bij dat hij een passage ook al eens eerder in een ander artikel heeft gebruikt (waar hij ook de oorspronkelijke bronnen bij heeft vermeld). Maar waarom zou hij iedere keer moeten verwijzen naar al die eerdere artikelen die hij zelf heeft geschreven? Dat zou pas ijdel zijn. Het gaat toch om de oorspronkelijke bronnen - die moeten mensen kunnen raadplegen voor de controleerbaarheid. En het opnieuw gebruiken van een goed geschreven alinea - wat is daar op tegen. Als je de oorspronkelijke bronnen maar vermeld. En dat doet hij keurig.
    Ik denk dat als je het werk van welke wetenschapper dan ook die veel publiceert doorlicht je 'zelfplagiaat' gaat vinden, dat wil zeggen hergebruikte passages uit eerder door de persoon zelf geschreven artikelen. Het is een beetje zoals een schilder of componist dezelfde thema's hergebruikt. Stel (het voorbeeld is dus niet echt): Nijkamp heeft in 1990 geschreven in een artikel 'journalisten van Volkskrant en NRC zijn op dezelfde wijze dol op relletjes, zoals blijkt uit onderzoek van Dreutel (1989)'. In 1992 schrijft Nijkamp een ander artikel. In de inleiding van dat artikel wil hij nog maar een keer benadrukken dat journalisten bij beide kranten dezelfde relbereidheid hebben. Dus hij schrijft: 'journalisten van Volkskrant en NRC zijn op dezelfde wijze dol op relletjes, zoals blijkt uit onderzoek van Dreutel (1989)'. Dat lijkt keurig. We kunnen allemaal het indrukwekkende onderzoek van Dreutel erop naslaan. Maar, dit is dus zelfplagiaat. Nijkamp had moeten schrijven: 'Zoals Nijkamp (1990) eerdere betoogde zijn journalisten van Volkskrant en NRC op dezelfde wijze dol op relletjes, zoals blijkt uit onderzoek van Dreutel (1989)'. O je in 1996 en in 2000 gebruikt Nijkamp dezelfde passaga nogmaals in een inleidining of in een discussie bij een artikel. Nu moet er in 2000 dus staan. Zoals Nijkamp (1990;1992;1994;1996) eerdere betoogde zijn journalisten van Volkskrant en NRC op dezelfde wijze dol op relletjes, zoals blijkt uit onderzoek van Dreutel (1989)'. De tekst wordt onleesbaar en de literatuurlijst bij het artikel langer en langer. Het zou trouwens in Nijkamps belang zijn geweest om dat te doen, want dan had hij weer een hogere score op de citatielijsten. Maar Nijkamp was hier wellicht te bescheiden voor of te pragmatisch. Deze hele discussie is volgens mij heksenjacht. Diederik Stapel - kijk dat is een heel ander verhaal. Die verzon onderzoek. Maar omdat Stapel veel te laat ontdekt is, is men bloedfanatiek geworden op mogelijke fraude. En dan krijg je zo'n hetze. Van de NRC had ik gehoopt dat ze niet aan zoiets zo meedoen. Maar de krant die zegt de nuance te zoeken, is de nuance blijkbaar kwijt geraakt, en doet nu mee aan het scoren op opgeklopte schandaaltjes.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Alle opwinding over dat 'zelfplagiaat' van Nijkamp is gebaseerd op een verzuim van Van Kolfschooten om iets wat hij niet begreep te verifiëren. Hij had uit een samenvatting van een rapport van de commissie-Drenth over de zaak-Kourtit begrepen dat die commissie het ontbreken van een bronvermelding bij hergebruik van eigen stukken tekst 'volgens de geldende regels' als plagiaat aanmerkte. De 'geldende regels' staan in de Nederlandse gedragscode Wetenschapsbeoefening, en daarin is hij gaan zoeken. Maar helaas, niets te vinden over zelfplagiaat. In plaats van Drenth daarover te benaderen heeft hij toen maar aangenomen dat het er toch wel ergens in zou staan en zijn artikel met veel tamtam in NRC Handelsblad van 7 januari 2014 gepubliceerd. In NRC Handelsblad van 11 januari kwam de aap uit de mouw: in de samenvatting van het rapport van de commissie-Drenth was iets mis gegaan, en de commissie had helemaal niet uitgesproken dat hergebruik van eigen tekst zonder bronvermelding plagiaat of zelfplagiaat was (al had ze dat wel 'slim' gevonden).
    Sindsdien is Van Kolfschooten bezig met afleidingsmanoeuvres om zijn blunder aan het zicht te onttrekken. Zie zijn blog ('Historici kennen geschiedenis van fenomeen "zelfplagiaat" niet') en een artikel van Marcel aan de Brugh en hemzelf, 'Acht vragen over zelfplagiaat', in NRC Handelsblad van 18 januari.
    Ik herhaal mijzelf. Meer hierover op http://www.voxweb.nl/zelfplagiaat/ (reactie).

    BeantwoordenVerwijderen