woensdag 28 november 2012

Plofbanken

Het zal u niet ontgaan zijn dat er zich de laatste tijd een paar grote schandalen hebben voorgedaan bij banken.
De grote Amerikaanse bank JPMorgan had te maken met een aanzienlijk handelsverlies in het zgn. "Londense walvis schandaal" dat de bank 6 miljard dollar verlies opleverde. Bij UBS was de handelaar Kweku Adoboli in Londen verantwoordelijk voor 2.3 miljard dollar verlies door onverantwoord speculeren.

Ik ben samen met een collega van Nyenrode bezig een artikel te schrijven over de status van "interne beheersing' na de financiële crisis..

Sinds de boekhoudschandalen zijn alle beursgenoteerde ondernemingen in Amerika verplicht een zgn. "in control' verklaring af te leggen in het jaarverslag. Ik schrijf daarover in mijn boek Grondslagen van Corporate Governance op pagina 31:

"De CEO en CFO moeten eveneens jaarlijks verklaren dat het interne controlesysteem voor de financiële rapportage op orde is en goed heeft gewerkt (de fameuze sectie 404 van SOX). De externe accountant moet deze melding vervolgens formeel bekrachtigen."
Ze zou verwachten dat deze maatregel er toe heeft geleid dat hierdoor beursgenoteerde ondernemingen hun zaakjes intern voortaan goed op orde hebben. De financiële crisis heeft bewezen dat dit niet het geval is. Ondanks de verklaringen van het management en de controlerend accountant kwam de ene na de andere bank in grote problemen.
Ik heb daarover al uitgebreid geschreven in een artikel in het Maandblad Accountancy en Bedrijfshuishoudkunde in 2009, met als titel "Risicomanagement, interne controle en de kredietschandalen. Mijn conclusie was toen dat er iets vreemd aan de hand is als men verklaart dat de interne beheersing goed gewerkt heeft en men daarna door grote onverwachte tegenvallers door de staat gered moet worden.

Misschien hebben de banken hun lesje wel geleerd zou je denken. Maar het tegendeel lijkt waar.
Ook nu weer wekt het bevreemding dat er vrolijk in het jaarverslag wordt beweerd dat alle interne beheersingssystemen goed gewerkt hebben om daarna met de billen bloot te moeten met zaken die bewijzen dat het in feite een rommeltje was.

Dat is niet mijn persoonlijke constatering maar die van de Britse Financial Services Authority (FSA) en de Zwitserse toezichthouder Finma in het geval van UBS. De Finma meldde in zijn onderzoeksrapport dat het "serieuze gebreken heeft gevonden bij het risicomanagement en beheer van de investeringsbank van UBS.
De FSA legde een boete op van 29,7 miljoen pond vanwege het falen van systemen en controles die een medewerker in staat stelde om aanzienlijke schade aan te richten. Dit falen toont aan dat er serieuze gebreken waren in de procedures, management systemen en interne controles.
Een soortgelijk beeld zien we bij JP Morgan, ondanks het feit dat deze zakenbank niet alleen onderworpen is aan de eerder genoemde eisen t.a.v. interne controle maar ook aan additionele eisen van de Dodd-Frank wetgeving (Enhanced Prudential Standard) en regels van de SEC (zie hiervoor de Wikipedia pagina "2012 JPMorgan Trading Loss."

Ook hier zien we weer een beeld dat in het jaarverslag er keurig een verklaring staat dat de interne controle in orde is, goedgekeurd door de externe accountant. Later blijkt dan dat maar heel weinig deugde van al die controles, zowel in de opzet ervan als in de werking in de praktijk. Ik citeer uit de belangrijkste bevindingen van de FINMA:
  • The direct line managers failed to properly monitor the ETF desk in London. 
  • The front office monitoring instruments deployed by the line manager responsible for the ETF desk had major shortcomings and were not used properly.
  • The control functions had too little understanding of the trading activities in question
  • UBS's various control functions did not collate their information to produce an overall picture.
  • Operational risks were evaluated to a large extent on the basis of a self-assessment process, which was carried out just once a year by traders and internal controllers.
  • Reporting channels and responsibilities were unclear and led to confusion.
  • The relocation of direct supervision of the ETF desk from London to New York was badly managed and led to a situation in which the London desk was not adequately monitored from April 2011 onwards.
  • UBS sent out misleading signals by awarding pay increases and bonuses to a trader who had clearly and repeatedly breached compliance rules, and by accepting him onto a junior management programme.
Je vraagt je af wat de betekenis nog is van de controleparagraaf in het jaarverslag en de goedkeuring daarvan door de controlerend accountant. Blijkbaar werkt het systeem van interne beheersing (op papier?) maar niet in de praktijk.  Je kunt nu ook niet beweren dat een goede interne beheersing dit soort zaken nu eenmaal nooit kan voorkomen. Daarvoor waren deze affaires te groot en duurden ze te lang.
Daarnaast constateert de Zwitserse toezichthouder wel degelijk een aantal forse reële tekortkomingen in de dagelijkse praktijk van UBS. Je zou zeggen, waarom kan een toezichthouder dat wel vaststellen en de bank zelf niet, evenmin als zijn externe en interne accountant?

Deze legbatterijen van witte-boorden criminelen leren het blijkbaar nooit. Het is daarnaast ook nog te gek dat de overheid (u en ik) opdraaien voor de verliezen van deze plofbanken.

Misschien moeten we maar eens biologisch gaan bankieren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten